‘Openstaan
voor het mysterie
van leven in Gods licht,
buiten je,
om je heen
in jezelf.
Tot leven komen
zoals een bloembol
uit het duister in het licht
tot bloei komt.’
– Jaap Zijlstra –
In het voorjaar komt de natuur weer langzaam tot leven.
De bomen komen in bloei te staan en jonge dieren springen weer door de wei.
In het kerkelijk jaar is de lente de tijd van de grote feesten. Al vierend en gedenkend gaat de kerk van de koude donkere winter naar het volle warme licht van de zomer.
Deze periode begint bij Aswoensdag,
het begin van de Vastentijd,
de veertig dagen van inkeer en bezinning
De liturgische kleur in deze 6 weken is paars.
Daarna volgt de Goede Week,
beginnend met Palmzondag, vervolgens
Witte Donderdag, Goede Vrijdag en Stille Zaterdag.
Op het Paasfeest wordt uitbundig gevierd dat het leven overwint.
Wit is de liturgische feestkleur die samen met groen, de kleur van het nieuwe begin en met geel, de kleur van het licht schitteren op het Paasfeest.
Na nog eens veertig dagen gedenken we de
Hemelvaart van Jezus en tien dagen daarna is het Pinksteren.
Dat is van oudsher een feest vol kracht en energie.
De kleur van liefde, hartstocht en vuur: rood, oranje en geel,
vertegenwoordigen het Pinksterfeest.
Veertigdagentijd of Vastentijd