Ingrediënten
16 vellen = ca 275 g filodeeg, ontdooid -laat tijdens het ontdooien het plastic om het deeg zitten
75 g boter
100 g (tarwe)biscuitjes, verkruimeld
poedersuiker
Vulling
500 g moesappels, geschild en in blokjes
3oo g witte druiven, zonder pit, gehalveerd of in vieren
50 g bruine basterdsuiker
1 theelepel kaneelpoeder
geraspte schil van 1 sinaasappel
2 eetlepels sinaasappelsap
Bereiden
Verwarm de oven voor op 200 ºC.
Vorm van de helft van het ontdooide filodeeg een vierkante lap van 40 x 40 cm en dek deze af met plastic folie.
Schep de ingrediënten voor de vulling door elkaar en voeg 1 eetlepel gesmolten boter toe.
Verwijder de folie van het deeg. Bestrijd de deeglap met gesmolten boter en leg de andere helft van het deeg erop, zodat het een gladde, gelijkmatige lap is.
Verdeel de vulling over het deeg, laat de deegranden een beetje vrij en strooi daarover de koekkruimels. Rol de deeglap voorzichtig op en vouw de uiteinden goed dicht.
Leg deze rol op de bakplaat en bestrijk het deeg met de rest van de gesmolten boter.
Bak de strudel 20 minuten in het midden van de oven. Schakel de temperatuur terug naar 160 ºC en bak nog ca 15 minuten tot het deeg goudbruin en knapperig is.
Serveer de strüdel warm of koud, bestrooid met poedersuiker, eventueel met een bolletje ijs.
Recept:
Rangel Geerman ofm – Megen
Koken met bezieling