Ingrediënten
500 gr. Rode kool
1 ui
2 (pers)sinaasappels
laurierblaadje
scheutje zonnebloemolie
snufje kaneel
zout, peper
Bereiden
Snij de rode kool eerst half door en dan haaks in dunne plakken. Je krijgt dan sliertjes. Pel de ui en snij die ook in dunne plakjes. Pers de sinaasappels en zet het sap klaar in een kom. Verhit in een pan de olie. Fruit daarin de ui en daarna ook de rode kool op hoog vuur. Schep de koolslierten gedurende vijf minuten voortdurend om tot het wit van de snijvlakken begint te kleuren en de kool zachter wordt. Blus dan af met het sinaasappelsap. Vul dit aan met water tot de kool net onderstaat. Voeg het laurierblad bij, de kaneel en ook zout en peper naar smaak. Zodra dit pruttelt het vuur laag zetten en laten sudderen en inkoken. Schep de kool af en toe om en hou in de gaten dat er voldoende vocht beschikbaar blijft. Voeg zo nodig wat water bij.
Na 35-40 minuten is de kool gaar. De sliertjes mogen een zekere ‘bite’ hebben. Giet overgebleven vocht af en verwijder het laurierblad.
Deze rode kool laat zich combineren met aardappel of rijst.
Gérard Martens, pastoraal werker
samenwerkende parochies Katholiek Utrecht.
Utrechts parochieblad Tussentijds Magazine
